Stap 1 is de vraag of het al echt nodig is om het kledingstuk te wassen of dat luchten voorlopig volstaat. Elke wasbeurt is niet alleen slecht voor de vezels, maar zorgt ook voor water- en energieverbruik. Vooral jeans en wol hebben veel baat bij luchten in plaats van wassen. In principe geldt: was kledingstukken nooit warmer dan aanbevolen, kouder wassen kan echter nagenoeg altijd. Dat ontziet zowel de stof als de energiebronnen. Fijne stoffen worden beschermd door wasnetten/waszakken en het milieu en onze gezondheid door de juiste keuze van het wasmiddel. Een biologisch wasmiddel bevat minder schadelijke stoffen voor mens en natuur en is ook beter voor mensen met allergieën.
Drogen aan de lucht is zeer behoedzaam en efficiënt. Een droger kan het beste maar zo min mogelijk worden gebruikt: hij belast het materiaal, kan voor krimp zorgen en verbruikt twee keer zo veel energie als een wasbeurt. Pas gewassen kleding moet zo snel mogelijk volledig worden uitgeschud, in vorm worden gebracht en op een kleerhanger of aan een waslijn worden gehangen. Wol kan het beste op een handdoek worden gedroogd die kort wordt opgerold om het overtollige vocht te absorberen. Vervolgens wordt de kleding liggend aan de lucht gedroogd.
Zoals zo vaak, dient zich eerst de vraag aan of het kledingstuk überhaupt moet worden gestreken of dat de kleine plooien al door het uitschudden en ophangen in natte toestand in de badkamer vanzelf verdwijnen. De ingenaaide wasvoorschriften in het kledingstuk doen uit te de doeken of er wel of niet heet mag worden gestreken. Het licht inspuiten of het gebruik van een stoomstrijkijzer maken het nog eenvoudiger om kledingstukken glad te maken. Zijde mag echter niet worden bevochtigd en moet altijd op de laagste temperatuur worden gestreken. Vooral bij donkere kleding of kleding met sierelementen en prints moet binnenstebuiten worden gestreken om afdrukken of beschadigingen te voorkomen. Een steamer is een goed alternatief voor een strijkijzer. Hij maakt kleding behoedzaam glad en neemt maar weinig ruimte in, waardoor hij ook geschikt is voor onderweg.
Vlekverwijderaars van de drogist moeten eerst op een onopvallende plaats aan de binnenkant van de kleding worden getest. Enkele huismiddeltjes zijn milieuvriendelijker en voordeliger: een loog op basis van ongeveer twee pakjes bakpoeder en water verwijdert transpiratieplekken of vergeelde plekken. Zout en citroensap zijn goed om de strijd met bloedvlekken aan te gaan. Azijnessence verwijdert deovlekken en soortgelijke vlekken met succes. Toch geldt bij alle huismiddeltjes dezelfde 'testvereiste' als bij chemische middelen. Ook de meest natuurlijke vlekverwijderaar kan bij verkeerd gebruik onbedoelde sporen achterlaten. Sommige vlekken verdwijnen al door het drogen van de kleding in de zon.
Sommige materialen zijn zeer gevoelig en moeten op een speciale manier worden gereinigd. Dit staat dan specifiek in de wasvoorschriften vermeld. Bij een professionele textielreiniger wordt het water gewoonlijk vervangen door een chemische oplosmiddel dat vlekken verwijdert. Bij de keuze van de juiste reiniger moet erop worden gelet of de producent bijvoorbeeld milieuvriendelijk reinigt in de ozonkamer. Biologische reinigers bevatten geen giftige chemische stoffen. Daarentegen zijn de gebruikelijke chemische stoffen grotendeels gevaarlijk voor de gezondheid en slecht voor het milieu.